ARTIST INFO IAN SIEGAL (UK) |
CONCERT REVIEW Een paar dagen voor het optreden was het reeds onmogelijk nog kaarten te verkrijgen voor het optreden van de Ian Siegal Band, het beperkt aantal was zo de deur uitgevlogen. De combinatie Siegel/crossroad is een jaarlijks memorabel gebeuren aan het worden, Ian en The Chiet hebben een verbondenheid die verder reikt als hun liefde voor Jack Daniels. In een later gesprek met Ian bekende hij dat hij liever in kleine gezellige kroegen speelt als op festivals, maar omdat er boter bij de vis moet komen heeft hij niet altijd de keuze. Die keuze had ik wel, daarom verkoos ik hem daar te beluisteren ipv in Handzame. Met slechts 2 andere fotografen en geen reporters kon ik mij in pole position wringen om het ganse optreden aan Ian zijn voeten mee te maken, wat een luxe, de vuile jeans achteraf had ik er wel voor over. Alle optredens die ik van de 27 jarige Ian Siegal al meegemaakt heb waren verschillend, zowel qua bezetting als muziekkeuze. Soms treedt hij solo op met meer akoestische nummers maar zoals de meeste weten is dat niet echt mijn genre. Anderen appreciëren dat rootstype wel en dankzij zijn typisch rauwe duidelijke stem en puik gitaarspel is hij daar ook zeer goed in. Zijn vaste basisband bestaat uit bassist Andy Graham en drummer NikolaJ Bjerre (Deense origine). Deze vormen een uitstekende ritmebegeleiding en zoals Ian zelf zegt: don’t settle for anything less than those guys. Voor grotere events neemt hij soms Hammond speler Jonny Henderson mee en vervolledigt gitaarvirtuoos Matt Schofield het podium. Beiden waren er in Olen niet bij en juist daarom koos ik voor dit optreden. Met Matt erbij gaat alle aandacht naar zijn gitaarspel terwijl hier het toch wel aparte spel van Ian (met veel slide) beter naar voor komt. Less is more was duidelijk van toepassing. Alhoewel hij kon kiezen uit een rijk repertoire eigen nummers (te horen zijn op zijn cd’s), verkoos hij hier 2 sets te spelen met uitsluitend covers van musici die hem geïnspireerd hebben. Tussen de nummers in kregen we dan een paar woordjes over dit of dat, terwijl hij continu whisky en ijsblokjes bleef ingieten of een sigaret aanstak. In de eerste set onthield ik een paar merkwaardige passages. Een trager nummer dat hij met Tom Waits gespeeld had maar nog nooit met zijn begeleiders. Deze keken elkaar eerst aan en vielen pas in toen ze een gepast ritme gevonden hadden. Daarna klonk het of ze speelden het dagelijks. Pure klasse die mannen. In een volgende ultra snelle country song tokkelde hij zo enthousiast en de drummer ging zo tekeer dat het de indruk gaf dat paarden 100 mph aankonden in een stampede. “She’s 19 years old” was dan een heel expressieve ballade voor een meisje die hij onlangs ontmoette. Na nog een teug aan de fles vertelde hij hoe fantastisch hij het vond om zoals Bob Dylan in een never ending tour te zitten, thuiszitten is niks voor hem. Hij eindigde de eerste set met iets dat ons zo naar Mexico meenam, geen blues maar wel wondermooi. Na de pauze via de bayou naar het bloedmooie trage ‘I’m begging you” dat hij ter ere bracht van de pas overleden blueszanger en speler Sean Costello. Deze hele lange song zat boordevol afwisseling in ritme, volume en intensiteit. De paar elektrische problemen van de oude Fender versterker werden perfect opgevangen door lekker zwaar drum en baswerk. Mooie sensuele geïmproviseerde solo gitaarpassages zorgden er geregeld voor dat het publiek spontaan begon te juichen. Dat was echt de blues waarvoor iedereen gekomen was. Toen gingen we terug de Latijns Amerikaanse tour op en dat deed me aan Patricia Vonne denken, die combineert ook perfect salsa en blues. Ian gebruikte tekstveranderingen die zijn begeleiders alweer verrasten en breide er een zeer lang flaminco achtig einde aan waarbij de ritmesectie maar moest blijven roffelen. Bij het volgende lied was dan weer een zeer lange intro en op de stevige meeslepende beats zag je de vriendelijke diensters achter de toog allemaal meespringen. De Chiet zat gewoon op een kist rustig met de glimlach te genieten naar het spektakel een meter voor hem. Nog een rustig nummer maar deze keer afgewisseld met een zeer goede drumsolo. Als Ian terug invoegt gooit hij daar wat Jimmy Hendrix riffs tussenin. Een playlist gebruikt ie niet, en tittels vermelden is onbegonnen werk omdat er continu enorm geïmproviseerd wordt en liedjes echte potpourri’s worden. Het is voor hen geen enkel probleem om van “My Generation” in pure Who style over te springen in “they call me the howling wolf”. Eindigen wou ie met een rock versie van een nummer dat als blue grass op een cd staat. Effe met de halflege fles naar achter terwijl het enthousiaste publiek roept, stampt en klopt om bisnummers. Ian heeft hier duidelijk veel aanhang en hij komt terug om “My old friend the blues” solo te brengen. Wondermooi en het bewijs dat Jack Daniels goed is voor de stembanden. Daarna kwamen drummer en bas ook terug en kregen we nog zo’n mengelmoesje van met snelle country overgoten nummers als “train train” en “that’s alright” van Elvis! Het opgewonden publiek genoot ervan, een paar rijpere dames stond al gans de tweede set mee te dansen hoog bovenop een smalle bekisting aan het raam en de Chiet…begon te stagediven, en kwam terecht op een paar frêle Borderliners die juist voor het podium zaten. Als het op inertie aan komt wint de Chiet altijd! Alweer een poging om te stoppen met spelen. Het publiek moet gedacht hebben: de aanhouder wint, en alhoewel het gestamp misschien tot in China doorgedrongen is, kregen ze het toch voor mekaar om hen terug het podium op te krijgen. Nu eerst Nikolaj de sympathieke drummer met zachte lach die zich achter zijn drumstel installeerde en een tijd zeer energiek solo begon op de tonen van “Hey Bo Diddley”, daarna kwamen de anderen erbij en was dit echt een uitstekend nummer als finale. De verkoop van CD’s verliep vlot en ik heb me laten verleiden door hun cd+dvd deluxe edition. In feite gaat het over het uitstekende cd album Meat and Potatoes waarbij een anderhalf uur durende dvd recording van hun optreden op het North Sea Jazz festival is toegevoegd. Nu alleen nog de tijd vinden om dat allemaal eens aan te horen en te bekijken. Ik zou natuurlijk vroeger naar huis kunnen gaan, maar Ian Siegel en kompanen zaten om 3 uur ’s morgens ook nog steeds in de Crossroad, het beste bewijs dat ze er net zoals wij hun draai goed kunnen vinden. De stoïcijnse blik van Ian op het podium veranderde er in een heel zachtaardige vriendelijke jongen die met iedereen die het wou praatjes aanging, of ging dansen. Het was weer moeilijk naar huis gaan met zo’n goed gezelschap rond mij. Wij kijken allemaal al uit naar zijn volgende passage in Olen. Last van buren schijnen ze daar niet te hebben, om 4 uur hoorde ik nog steeds de muziek tot in mijn bluezzzmobile die toch een eind verder in de straat stond. Alweer een onvergetelijke avond, toch mooi dat bluescircuit hé…
|